De Apistogramma ramirez behoort tot de familie der Ciclidae, meerbepaald de onderfamilie Tilapinae

Verklaring van de naam :

Apistogramma:met niet scherp afgetekende zijstreep.

ramirezi: Genoemd naar de heer Mannuel Vincente Ramirezi van Caracas,die samen met Herman Blas een autoreis maakten vanuit Palenque dwars door de Llanos van de Orinoco en deze vissen vingen. En importeerden.

Herkomst: Noorden van Zuid-Amerika en Venezuela

Temperatuur:Zoals de meeste vissen op ongeveer een 24°C. De kweektemperatuur ligt een paar graden hoger 26 tot 28°C.

Uiterlijk: Het lichaam is nogal hoog in verhouding, tamelijk kort en zijdelings sterk samengedrukt. Het mannetje meet een zestal centimeter, terwijl het vrouwtje een ietsje kleiner blijft (5cm). Het voorhoofd is kort en steil met een stompe snuit en de bek staat schuin omhoog, korte staartwortel. De oogiris is bloedrood gekleurd waardoor een zwarte verticale streep loopt.

Geslachtsonderscheid: Zoals hoger reeds gemeld is het wijfje iets kleiner en zwaarder gebouwd dan het mannetje. Als bijzonder kenteken kunnen wij het mannetje herkennen aan de 2° en 3° vinstraal der rugvin, deze zijn langer dan de andere en voorzien van een toegespitse zwarte punt. Het wijfje vertoont bij legrijpheid een roze vlek op de buikpartij en juist voor het afleggen der eitjes wordt het legbuisje goed zichtbaar.

Verzorging: De ramirezi houdt van zon, warmte en een goed aangeplant aquarium stelt hij ten zeerste op prijs, alsmede een rotsen-aanleg. Het water houden wij liefst neutraal of ook licht alkalisch. De ramirezi eet bijna uitsluitend levend voedsel en , de keerzijde van de medaille, zij zijn ten zeerste onderhevig aan stippel.

Kweek: Temperatuur 26° tot 28°C Deze visjes kweken vooral van januari tot mei. Wij nemen een niet te kleine aquarium, gebruiken fijn zuiver gespoeld rijnzand, plaatsen een paar rotsen of bloempotjes in het aquarium, en nog wat stevige planten en klaar is de zaak.

De ouderparen moeten zich zelf kunnen vormen, zij moeten dus kunnen kiezen. Beide vissen zwemmen dan spelend door het aquarium, zich tegen elkaar aandrukkend en pronkend.

Het leg- en zaadbuisje worden goed zichtbaar.

Nu begint de schoonmaak en samen vatten zij de grote kuis aan van een blad of steen waarop dan later de 100 tot 300 lichtbruine eitjes zullen afgezet worden.

Na de eiafzetting door het vrouwtje worden de eitjes onmiddellijk door de man bevrucht terwijl hij met opengespreide borstvinnen over de eitjes zwemt.

Na de eiafzetting door het vrouwtje en de bevruchting door het mannetje bewaaiert deze laatste de eitjes en neemt tevens het grootste gedeelte van de broedzorg op zich.

Beschimmelde eitjes worden zorgvuldig verwijderd.

Na twee of drie dagen, bij een temperatuur van 26°C komen de jongen uit. Na ongeveer een week gaan ze samen met de ouders het hele aquarium verkennen.

Als voedsel geven wij de kleintjes grote infusie, artemia en nauplien van cyclops.

Het kan weleens gebeuren dat de eerste legsels gewoonweg door de ouders verorberd worden, het is dan ook aan te raden na de ei-afzetting de ouders te verwijderen en een fijne doorluchting in de nabijheid van de eitjes te plaatsen. ( Het zelf opkweken van de jongen zorgt misschien wel voor een groter aantal jonge visjes, maar deze verliezen in grote mate de aangeleerde vaardigheid om later hun eigen jongbroed te verzorgen. Aquadoc)

Veel succes!!!

‘n Ouwe Panchax

Apistogramma ramirezi