Na de dienstmededelingen van het bestuur begon de vergadering met de uitreiking van de bekwaamheidsattesten. Ludo Segal kwam als keurmeester en afgevaardigde van het hoofdbestuur van de B.B.A.T. de drie Rosaceussers die met succes de proef tot bekwaamheid aflegden hun attesten overhandigen en bovendien de andere leden aansporen aan de volgende examens deel te nemen. Voor de volgende proef in Gent hebben we al vier kandidaten ingeschreven.
En dan zou de diareeks van Albert Sanderse gestart worden, maar technische problemen (de cassette of de cassettespeler hadden blijkbaar te lang stilgestaan) maakten dat de start zowat tien minuten vertraging opliep. Met ook de vergadering van eind januari in gedachten, waar de video met enige vertraging startte, moeten we misschien toch het bestuur eens naar een workshop audio- en videotechniek sturen.
Aquasymbiose was een veelbelovende titel, die jammer genoeg de lading niet dekte. Het zou natuurlijk aan mij kunnen liggen, want op ’t einde van de voordracht werden mensen die de essentie van deze diareeks niet begrepen zouden hebben met ezeltjes vergeleken. Maar zelfs bij het rustig nalezen van de teksten kan ik me niet van de indruk ontdoen dat de spreker flink van de os op de spreekwoordelijke ezel springt.
Hoofdboodschap is dat we als aquarianen moeten leven naar de wetten van de natuur. Maar ook buiten ons viskot is dat niet anders.
Niettegenstaande de soms wat hoogdravende verklaringen van deze Hollander kunnen we toch wel wat handige tips en trucks onthouden, en eventueel, met de nodige omzichtigheid in ons aquarium introduceren.
De heer Sanderse legt de nadruk op observatie: kijk of de planten het doen, zijn ze gezond, zijn de internodiën niet te lang, is de kleur goed, en let eens op de vissen, hun kleur, hun gedrag,? Als aquariumkenner geeft hij dan ook goede tips voor het optimaliseren van de plantengroei, en voor het toepassen van voldoende kleur- en bladvormcontrasten in het aquarium. Hij besteedt aandacht aan het gebruik van snelgroeiende aquariumplanten, bij voorkeur ook echte waterplanten en het vermijden van planten die misschien wel fraai ogen, maar helemaal niet onder water kunnen overleven, en dan ook door hun degeneratie een basis leggen voor algontwikkeling. Echinodorus osiris kleurt fraaier bij lage temperaturen (18)C), Vallisneria gigantea groeit prachtig uit op een bodem met 2 delen zand, 1 deel turf en 1 deel klei, Echinodorus argentinensis doet het goed op een rulle zandbodem, Bij de overgang van emerse naar submerse cultuur van Cardamine lyrata doen we er goed aan om een aquarium zonder slakken te voorzien, deze diertjes zouden dol zijn op de chitinelaag??? van de emerse plant. Een veldje Echinodorus tenellus dient tijdig uitgedund te worden, om te voorkomen dat de plantjes elkaar verdringen, of teveel vuil verzamelen en dan een aanzet geven aan de ‘ blauwe alg’.
Ik was blij verrast dat de spreker de aandacht trok op de bacteriën en protisten in het aquarium, zij zijn inderdaad een belangrijk deel van het evenwicht in het aquarium, maar de conclusies en diagnosen die gesteld werden lijken me zeer vreemd. Zo zag ik helemaal geen Volvox op de getoonde dia’s, en als er dan al zouden in een aquarium voorkomen, toch zeker niet op de bladeren van Ammania. Het gaat alleszins om een andere protist, of een alg, gezien de slijmmantel.? Het toevoegen van water vol met rottingsbacteriën en infusoriën uit een vaas lijkt me ook niet zo’n goed idee. In een aquarium met utricularia(blaasjeskruid), tot daar aan toe, of druppelsgewijs om jonge corydoras te voeden, maar zomaar om de drie maanden twee liter in mijn plantenbak??? Als iemand dat wil uitproberen, laat me het resultaat eens weten, maar mij niet gezien.
Brachionus leeft van bacteriën, infusoriën en microalgjes, en kan misschien in dezelfde hoek voorkomen als blauwalgen, maar dat zij zouden verantwoordelijk zijn voor de beginfase van de ‘Blauwe alg plaag’ lijkt me heel sterk.
Tot slot zal iemand mij eens moeten trachten te verklaren hoe ‘door toegenomen oppervlaktebeweging de koolzuur uit de lucht in het water opgenomen wordt in een concentratie die viermaal hoger is dan wat de planten nodig hebben’.
Inderdaad, ik heb het ditmaal niet gesnopen.
Uw ezeltje